In dit onderdeel wordt een aantal ontwikkelingen toegelicht die zorgen voor een afwijking op de begroting 2025, maar nu nog niet exact kunnen worden uitgewerkt tot een begrotingswijziging. Dit betreft achtereenvolgens:
- de bijzonderheden in de verschillende programma's
- financieel technische begrotingswijzigingen
- mutaties in reserves
- de ontwikkeling van het totaal van de begroting
- solvabiliteit en liquiditeit
Bijzonderheden in Programma 1 Samenwerkende gemeente
Wetgeving pensioenstelsel ambtsdragers
Gemeenten zijn momenteel zelf de kostendrager voor de pensioenuitkeringen van (oud)wethouders en hun nabestaanden. In voorbereiding is een wijziging van de wetgeving waarin wordt bepaald dat per 1 januari 2028 het ABP deze pensioenen gaat uitkeren. De gemeenten dienen dan vóór deze datum de waarde van de te verwachten pensioenuitkeringen in te leggen bij het ABP.
Om de gevolgen van deze Wet toekomst pensioenen (Wtp) in te kunnen schatten heeft Den Helder meegedaan met een onderzoek van (onder andere) het ministerie van BZK. Uit de resultaten van dit onderzoek blijkt dat de voorziening die wij momenteel voor dit doel hebben ingesteld niet toereikend zal zijn. Dit verschil is eerder al gesignaleerd bij de opstelling van de jaarstukken voor 2024.
Het verschil wordt veroorzaakt door een aantal zaken: een andere rekenrente, nieuwe sterftetabellen, het contant maken van een afgesloten verzekeringspolis, het bepalen van de waarde voor het deel van de (nabestaande)pensioenen van de groep die nu door de gemeente zelf wordt uitgekeerd ten laste van de exploitatie en tot slot door een opslag voor de dekkingsgraad van de pensioenen zoals die nu bij het ABP beschikbaar is.
Behalve het wetgevingstraject zelf, zal er informatie komen in de vorm van adviezen van de VNG en mogelijk een aanwijzing van de commissie Bbv. Op dit moment nemen wij de positie in dat we deze informatie willen afwachten. Een belangrijke reden daarvoor is dat het voor ons onduidelijk is in welke mate gemeenten voor deze ontwikkeling door de wetgever ook compensatie behoren te krijgen. De pensioenen van de ex-bestuurders volgen de jaarlijks aangepaste rechtspositie van de huidige wethouders.
Het risico dat er een aanvullende storting moet worden gedaan is voor € 2 miljoen opgenomen bij de risico's in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing.
Bijzonderheden in programma 2 Zorgzame gemeente
Een drietal onderdelen wordt hieronder toegelicht.
Voorstel tot het vormen van een bestemmingsreserve Nieuwkomers
Binnen het programma Nieuwkomers wordt voor het begrotingsjaar 2025 een onderschrijding verwacht op de onderdelen Opvang Oekraïners (circa € 400.000) en Hotel- en Accommodatieregeling (circa € 230.000). Gezien de actuele ontwikkelingen, uitdagingen en onzekerheden binnen dit programma, stellen wij voor om een bestemmingsreserve Nieuwkomers In te stellen en hieraan maximaal het saldo op deze onderdelen te doteren.
De opvangregeling voor Oekraïense ontheemden is door het Rijk verlengd tot maart 2027. Naar verwachting zal deze regeling daarna niet opnieuw worden verlengd. Een mogelijk scenario is dat Oekraïners een status verkrijgen die vergelijkbaar is met die van statushouders, waarmee de verantwoordelijkheid voor huisvesting bij gemeenten komt te liggen. Gezien de schaarste aan beschikbare woonruimte is het van belang om reeds nu te investeren in projecten die bijdragen aan toekomstige huisvestingsopgaven. De beschikbare middelen binnen het programma Nieuwkomers bieden hiervoor een kans.
Den Helder kent momenteel een achterstand in het huisvesten van statushouders, zoals opgelegd via de halfjaarlijkse taakstelling van het Rijk. Ter ondersteuning van de doorstroming heeft het Rijk de regeling Doorstroomlocaties geïntroduceerd. De behoefte aan dergelijke locaties vloeit voort uit het tekort aan betaalbare en geschikte woningen voor statushouders, alsmede uit de wettelijke verplichting tot huisvesting van deze doelgroep.
Daarnaast is er sprake van vertraging in gezinsherenigingsprocedures, mede door achterstanden bij de IND. In Den Helder worden statushouders pas gehuisvest na een besluit op hun aanvraag, wat leidt tot langdurig verblijf in het AZC. Dit belemmert de doorstroom en vergroot de druk op de asielopvang. Tijdelijke opvang van statushouders kan deze doorstroom versnellen, ruimte creëren voor nieuwe asielzoekers en de druk op de reguliere woningmarkt enigszins verlichten.
De rijksregeling voorziet niet in volledige dekking van de kosten voor doorstroomlocaties. Om deze reden achten wij het noodzakelijk om de resterende middelen binnen het programma Nieuwkomers beschikbaar te houden via een bestemmingsreserve, zodat deze gericht kunnen worden ingezet voor toekomstige huisvestingsopgaven.
Voortgang beheersmaatregelen sociaal domein
Beheersmaatregelen Jeugd - daling van kosten
De kosten van de jeugdzorg zijn gedaald ten opzichte van 2024. Dit komt doordat we de gesloten jeugdzorg hebben afgebouwd. Daarnaast beginnen de diverse projecten die zijn gestart om de jeugdzorg kosten te beheersen zijn vruchten af te werpen. We zien minder stapeling van zorg. Er zijn geen cliënten meer met 8 tot 10 producten door de aanpak top 80 en intensieve casusregie. Deze projecten zien toe op het effectief en efficiënt inzetten van Jeugdhulp. De problemen in het gezin pakken we bij de basis aan zodat we niet alleen het symptoom aanpakken ( problemen kind) maar ook de oorzaak ( denk aan schulden etc.). Hierbij kijken we integraal naar de problematiek met interne en externe partners. Daarnaast zijn er strakke afspraken gemaakt met de gecertificeerde instelling over samenwerken. Hiermee voorkomen we ook inzet van niet gecontracteerde partijen en stapeling van zorg.
De verwachting is dat we mede door deze inzet naast de realisatie van de beheersmaatregelen jeugd 2025
( € 900.000) ook een voordelig resultaat behalen op jeugdzorg van ca. € 400.000. Deze € 400.000 komt verspreid over twee programma's terug in de decembernota: een voordeel van €0,5 in programma 2 en een nadeel van € 0,1 in programma 4 voor de sociaal medisch geïndiceerde kinderopvang.
Beheersmaatregelen WMO
In 2025 is er voor € 1,6 miljoen aan beheersmaatregelen WMO opgenomen. Hiervan hebben we € 900.000 gerealiseerd. Op het gebied van huishoudelijke hulp zien we een stijging in nieuwe aanvragen maar ook minder uitstroom, hiermee halen we de beheersmaatregel op dit gebied niet. Daarnaast zien we een groei in de uitgevoerde woningaanpassingen, zowel qua volume als complexiteit. De beheersmaatregel op beleidsaanpassing inkoop WMO is wel gerealiseerd, maar doordat het volume bij de woningaanpassingen is toegenomen, is er op dit gebied wel een bijstelling nodig.
Voor het doelgroepenvervoer was ook een beheersmaatregel opgenomen. Het doel was om het beleid met betrekking tot het doelgroepenvervoer aan te passen. Er is momenteel nog geen beleidsplan voor het doelgroepenvervoer omdat we het doelgroepenvervoer regionaal gaan oppakken. Ons lokale beleidsplan zal daarop aansluiten.
Voor de Wmo als geheel is de prognose dat de actuele begroting met € 100.000 wordt overschreden.
Bijzonderheden programma 3 Vitale gemeente
Een vijftal bijzonderheden wordt hieronder toegelicht.
Voortgang project gevelrenovatie
Het project gevelrenovatie is in 2025 opgenomen met een incidenteel bedrag, Het project loopt inmiddels enkele jaren. Voor het project is een subsidieregeling ontworpen en vindt veelvuldig afstemming plaats met de eigenaren die van de regeling gebruik willen maken. Besteding van de middelen lukt nog niet in 2025. Voor zover er subsidies kunnen worden toegekend vindt de besteding en verantwoording in latere jaren plaats. Om het project uit te voeren is de instelling van een bestemmingsreserve gewenst zodat niet langer de middelen elk jaar worden opgenomen in de begroting en vervolgens weer voor een deel worden overgeheveld naar een volgend jaar. In programma 3 is dit als mutatie opgenomen. Het besluit tot instelling van een reserve gevelrenovatie is onderdeel van de besluitvorming over de decembernota.
Afwikkeling investeringskredieten Port of Den helder
In de decembernota wordt een voordeel verwacht doordat PoDH minder geld nodig heeft gehad om bepaalde projecten uit te voeren. Er vindt een terugbetaling plaats van diverse onderschrijdingen op projecten. De terugbetaling heeft een effect op zowel investeringen als de exploitatie. Tevens wordt er een klein bedrag aan wettelijke rente, € 9.000, ontvangen. Voor de exploitatie 2025 is er sprake van eenmalig voordeel van € 195.000, op de investeringskredieten vindt een bijstelling plaats van € 1,388 miljoen. De bijstelling op de investeringskredieten werkt door in lagere kapitaallasten vanaf 2026 voor € 127.000.
Lagere opbrengsten omgevingsvergunningen
De opbrengst van de leges voor omgevingsvergunningen blijven sterk achter bij de actuele begroting. In eerdere tussenrapportages zijn de opbrengsten nog verhoogd omdat de veronderstelling was dat de extra inzet van personeel ook kon leiden tot een groter volume in de aanvragen binnen het kalenderjaar.
De fase waarin vooroverleg plaats vindt tot het indienen van de daadwerkelijke aanvraag duurt aanmerkelijk langer. Dit vergt naar de toekomst toe een scherpere koers als het gaat om welke kosten kunnen en mogen gemaakt worden in de aanloop naar een vergunning en welke inspanningen moeten via anterieure overeenkomsten door deden worden vergoed, of niet door de gemeente worden gemaakt.
Vanuit het belang van de ontwikkeling van de gemeente in neemt de gemeente risico's in het maken van kosten terwijl de baten die hieruit voortvloeien niet of onvoldoende kunnen worden zeker gesteld.
Voor de omgevingsvergunningen is er geen egalisatiereserve beschikbaar, het instellen van een negatieve reserve of een negatieve stand op een reserve is in regelgeving niet toegestaan. In 2025 leidt dit tot een onvermijdelijk nadeel van naar schatting € 1,4 miljoen.
Stand van zaken cofinanciering De Nollen
In 2025 is er nog geen totaalfinanciering rond gekomen voor De Nollen. Een voorstel tot toekenning van cofinanciering vanuit de gemeente vindt dan ook niet plaats. De middelen hiervoor zijn voor de tranche 2024 opgenomen in de reserve Cofinanciering zodat er scherp beeld blijft van de omvang van de algemene reserve die niet is geoormerkt voor specifieke doelen. Voor de tranche 2025 van eveneens € 600.000 wordt in de decembernota voorgesteld om deze ook toe te voegen aan de reserve cofinanciering. Hiermee wordt in eerste instantie de duidelijkheid over de omvang van de algemene reserve gediend. Voor de inzet van de reserve cofinanciering zal altijd eerst een raadsvoorstel worden voorgelegd.
Stand van zaken Schade Oeverbeschoeiing Willem-Alexanderhof
Het onderzoek naar de schade en de verantwoordelijkheid voor mogelijke gevolgschades bij particulieren is nog niet afgerond. Het onderzoek wordt voortgezet en met urgentie afgerond. Eerst dan kan de omvang voor een in te stellen voor voorziening voor herstelkosten worden bepaald. De raad wordt hierover zo spoedig mogelijk geïnformeerd als mogelijk is. Een hiervoor te treffen voorziening wordt daarmee onderdeel van de jaarstukken 2025. Tot die tijd blijft het risico zoals verwoord in de begroting 2026 van kracht.
Financieel technische begrotingswijzigingen
In de decembernota wordt voor een aantal onderwerpen een technische begrotingswijziging verwerkt. Deze worden hieronder toegelicht. In de technische wijzigingen zijn zowel verschuivingen in de begroting opgenomen als het verwerken van hogere inkomsten en uitgaven met een neutraal resultaat.
Het betreft:
- Gemeentefonds:
een hogere bijdrage van € 0,7 miljoen voor specifieke taken:
verkiezingen van de tweede kamer (€ 187.000),
de participatiewet in balans (€ 141.000) en
het nationaal programma vitale regio's (€ 329.000). - Extra subsidie van de rijksoverheid voor maatregelen in het kader van verkeersveiligheid (€ 50.000), een tweede deel van het subsidie (ruim € 400.000) komt in 2026 tot besteding of als bijdrage in de investeringsprojecten.
- Een verschuiving van de besteding van € 400.000 rijksmiddelen voor Preventie met gezag naar 2026.
- Een vergoeding voor de Hotel en Accommodatieregeling van € 232.000.
- Een verschuiving van een Europees subsidie 2025 van € 450.000 naar 2026.
- Een verschuiving van € 20 miljoen investeringsuitgaven van 2025 naar 2026. Dit betreft de bijstelling van het verwachte moment van besteding op reeds bestaande kredieten. Deze bijstelling is conform de raming in de begroting voor 2026, maar nu verwerkt op de afzonderlijke kredieten.
Mutaties in reserves
In de decembernota worden wijzigingen aangebracht in de begrote dotaties en onttrekkingen reserves. Deze mutaties zijn altijd als onderdeel van financiële ontwikkelingen opgenomen. Voor twee reserves geldt dat deze het karakter hebben van een egalisatie reserve. Dit zijn de reserve BUIG en de reserve Beschermd wonen. De reserve Buig wordt gebruikt om de fluctuaties in de lasten en baten voor de bijstandsuitkeringen te egaliseren. In de decembernota rapporteren we hier een hogere storting van € 1,7 miljoen.
Voor de reserve Beschermd wonen, en maatschappelijke opvang en vrouwenopvang, geldt dat deze eveneens het karakter hebben van een egalisatiereserve. In dit geval betreft het middelen die aan Den Helder beschikbaar zijn gesteld voor de uitvoering van een zogenoemde Centrumtaak. Een taak die door Den Helder wordt verzorgd voor de Noordkop. Eventuele tekorten en overschotten op deze taak blijven voor het doel beschikbaar door te egaliseren. Doen we dat niet dan moeten deze middelen elk jaar apart worden afgerekend binnen de Noordkop. dat is ongewenst omdat dan ook voor grotere investeringen er een complex afstemmingsproces ontstaat. Voor de reserve Beschermd wonen is in de decembernota een dotatie van € 0,5 miljoen verwerkt.
De ontwikkeling van totaal van de begroting
Het totaal van begroting exclusief de mutaties op reserves bedraagt in de decembernota € 286,5 miljoen. Dit is
€ 1,1 miljoen minder dan in opgenomen in de tweede tussenrapportage. De daling is de uitkomst van alle wijzigingen. Een begroting uitgave die nu wordt omgezet in een storting in een reserve geldt hier als een daling.De hogere specifieke bijdragen van het rijk zijn juist weer een verhoging.
De inkomsten in de begroting nemen met bijna € 2,9 miljoen toe. De grootste oorzaak van deze stijging is de door het rijk toegekende tegemoetkoming van 50% voor de landelijke tekorten jeugdzorg 2023 en 2024. Voor Den Helder is hiermee een bedrag van € 2,9 miljoen gemoeid. Naast deze toename zijn er verlagingen als gevolg van het verschuiven van de besteding van rijksgelden van 2025 naar 2026 en weer verhoging voor de specifieke taakmutaties in het gemeentefonds conform de septembercirculaire.
Solvabiliteit en liquiditeit
Met de gemeenteraad is afgesproken dat in de Planning en Control producten aandacht wordt besteed aan de ontwikkeling van de solvabiliteit en de liquiditeit.
Uit de decembernota doet zich geen wijziging voor ten opzichte van de ontwikkeling van de liquiditeit zoals opgenomen in de begroting 2026. In de begroting en tweede tussenrapportage werd al aangeven dat de investeringen achterblijven bij de ramingen en dat er geen nieuwe leningen nodig zijn omdat de gemeente nog beschikt over een groot bedrag aan vooruit betaalde bijdragen van derden.
De doorgevoerde verlaging van de raming van de uitgaven op de afzonderlijke kredieten is hiermee in overeenstemming en was ook aangekondigd in de tweede tussenrapportage 2025.
In de solvabiliteit eind 2025 treedt wel een verbetering op. Deze verbetering wordt veroorzaakt door en hogere stand van de algemene reserve en de bestemmingsreserve's. Aan de algemene reserve wordt minder onttrokken en bij de bestemmingsreserves is er sprake van een heel geringe onttrekking. In de tweede tussenrapportage werd nog uitgegaan van een onttrekking van per saldo € 6,5 miljoen.
Bij een gelijke omvang van de balans levert dit eind 2025 een solvabiliteitsratio van 19.
Deze hogere ratio is tijdelijk, immers de nu hogere stand van de bestemmingsreserves wordt de komende jaren grotendeels alsnog besteed.
